De Brieven       Vertaling achtste brief


Monseigneur,

Ingevolge uw laatste mededeling in de pers, zijn wij in conflict gekomen en indien dit conflict binnenkort niet is opgeruimd, zal dit de verbreking uitlokken van de betrekkingen, die moeilijk weer zullen kunnen worden aangeknoopt.

Wegens de zeer uitzonderlijke omstandigheden stellen wij het op prijs nogmaals te onderstrepen dat de oorzaken van dit conflict niet van onze kant komen en dat, indien deze zaak, met een tot hiertoe ongekende belangrijkheid op dit gebied, nog niet in gunstige zin is opgelost, men misschien nooit tot een gelukkige oplossing zal komen en de fout zal neerkomen op diegenen die hun verplichtingen, in gemeenschappelijk akkoord met de bevoegde overheid aangegaan, niet zijn nagekomen. Indien wij nogmaals aandringen op het aandeel der verantwoordelijkheid, is dit omdat vroeg of laat, wanneer de zaak verkeerd loopt, dit bekend zal worden en zwaar te dragen zal zijn, vooral na behandeling in het Belgische parlement.

Om terug te komen op de inhoud van uw brief, moeten wij u bevestigen wat wij u hebben geschreven. De wijze van uitwisseling die u voorstelt, is praktisch niet te verwezenlijken. Maar bovendien zult u moeten begrijpen dat wij ons, wegens het niet nakomen van uw verplichtingen, tot geen enkele prijs meer willen verbinden u het paneel te overhandigen zonder vooraf de verlangde premie te hebben ontvangen en dit overeenkomstig onze eerste voorwaarden. Het is te nemen of te laten.

Wij hebben u de S.J. volledig geleverd, zoals hij was, in plaats van u enkele stukjes te zenden, uitsluitend met het doel u onze goede trouw te bewijzen en u hebt geen redenen eraan te twijfelen dat wij u weer in het bezit van de R.R. zullen stellen. Integendeel, wij komen tot de vaststelling dat wij beter zouden gehandeld hebben door enkel een stukje van de SJ. te bezorgen aan u. Wij hebben dus het recht om niets aan onze voorwaarden te veranderen.

Toch verlangen wij, evenzeer als u allen, dat het paneel mag gered warden van een bijna zekere vernietiging, want indien u met aandacht onze eerste brief wilt overlezen, zult u bemerken dat er slechts weinig gebeurtenissen nodig zijn om het paneel voorgoed verloren te doen gaan. Daarom willen wij onze eerste voorwaarden als volgt wijzigen:

  1. Wij zijn beieid u in het bezit te stellen van de R.R. nadat u volgens onze eerste aanwijzingen de som van 500.000 frank heeft gestort. Zo zullen de huidige moeilijkheden, die u vooropzet, gedeeltelijk omzeild worden.
  2. Daarentegen gaat u de verplichting aan, twaalf maanden na ontvangst van het paneel van de R.R. en in zoverre dit u in perfecte staat bereikt, de som van 400.000 frank te zullen storten aan de persoon, die wij u te gelegener tijd zullen laten weten.
Na wat is gebeurd moet de eerste voorwaarde als een verzekering beschouwd worden, terwijl de aangegane verplichting alleen een vage en strikt voorwaardelijke belofte is. Maar indien u dit aanbod niet aanvaardt, na de bewijzen van goed vertrouwen en goede wil waarvan wij blijk geven, zullen wij in uw weigering het bewijs zien dat u voor een geldkwestie de verantwoordelijkheid voor een automatische vernieling van een van de mooiste pronkstukken van de geschiedenis op u wilt laden. En wij zullen dienovereenkomstig handelen...

Gelieve te aanvaarden, Monseigneur, de verzekering van onze eerbiedige hoogachting.

D.U.A.